Reporter Femy van Dillen is vrijwilliger en verzamelt voor de Huiskamer van Odijk verhalen van vrijwilligers. Zij geeft in een serie verhalen een inkijkje in het leven van een van de vrijwilligers en hun bijdrage aan het dorp via de Huiskamer van Odijk.
Op 21 april 2021 had ik een afspraak voor een interview met Birgitta Siebrand. Met een aantal vragen paraat – over haar inzet voor de Huiskamer van Odijk – ontmoetten we elkaar. Ze beantwoordde mijn vragen ongedwongen en geïnteresseerd. Dit is haar verhaal.
In de jaren ’90 kwamen mijn man en ik met de kinderen in Odijk wonen. Het was best een overgang vanuit Groningen hiernaartoe, maar we voelden ons al snel thuis. De kinderen gingen hier naar school en groeiden hier op.
Soms vragen mensen mij of ik ooit weer terug naar Groningen zou willen gaan. Ja, ik vind het heerlijk om af te toe weer in Groningen te zijn. Maar ik zeg ook volmondig nee, omdat je niet terug kunt naar hoe het er bijna dertig jaar geleden wás, want ook dáár is er veel veranderd. Wij hebben ons leven hier; onze kinderen, kleinkinderen, onze vrienden, sociale contacten, een fijne woning, het dorp en de omgeving en alles wat daar nog meer bij hoort.
Bijna anderhalf jaar geleden ging ik met pensioen, na ruim 42 jaar in het basis- en voortgezet onderwijs te hebben gewerkt. Door ‘corona’ gingen plannetjes als lesgeven in de Nederlandse taal de ijskast in, maar ik wilde wél m’n steentje bijdragen aan de Odijkse gemeenschap.
Als lid van de HvO sprak het vrijwilligerswerk bij hén me aan, omdat het zoveel goed doet aan de inwoners van Odijk. Ik gaf aan dat ik de post- en pakket(jes)-bezorgdienst wel wilde ondersteunen. Als een van de bezorgers voel ik me verantwoordelijk dat leden en vrijwilligers de papieren nieuwsbrieven en andere post op tijd en op het juiste adres ontvangen.
De opeenvolging van huisnummers en de logica ervan kunnen wel eens verwarring opleveren. Ik heb ooit aan iemand gevraagd die in zijn eigen tuin aan het werk was, waar de buren woonden van het volgende huisnummer, maar deze buur wist niet eens dat hij buren hád met dat huisnummer. Na enig zoeken en puzzelend nadenken, bleek het een flatgebouw te zijn dat – een stuk verderop – iets van de weg afgekeerd stond.
Zo kom je weleens voor verrassingen te staan.
Soms sta ik voor een bezorgadres en dan denk ik: “hé, de vitrage is voor de ramen weg en er staat een kinderfietsje bij de deur.” Dan blijkt dat mensen er niet meer wonen, maar vergeten zijn om dat door te geven aan de HvO; dat meld ik dan even bij het secretariaat.
Het is ook heel verfrissend voor me om in – voor mij – onbekende straten en fiets-doorsteekjes en wijken te komen waar mooie en knusse stukjes van Odijk te zien zijn. Ook in het ‘buitengebied’ en ‘t Burgje en straks de nieuwbouw zoals de Kersenweide.
“Odijk west ?” Vraag ik. Dat vind Birgitta geen fijne term, het lijkt of je het ineens over 2 dorpen hebt, vindt ze. Odijk is gewoon héél Odijk, het is één dorp.
Op mijn volgende vraag antwoordt Birgitta: de nieuwsbrieven doe ik meestal in de brievenbus, maar pakketjes en persoonlijk gerichte post overhandig ik het liefst. Wanneer iemand dan niet thuis is ga ik er soms op een ander tijdstip nog langs, maar nooit ’s avonds in het donker. De meeste mensen zijn al wat ouder en openen de deur dan niet meer, wat heel verstandig is. Het komt ook wel eens voor dat iemand wél thuis, maar niet goed ter been is. Dan wacht ik eventjes tot er open wordt gedaan. Mensen zijn altijd blij met kleine attenties, maar vooral verrast als ze iets overhandigd krijgen zoals een bedankje, een wens of een groet. Dát maakt het zinvol en zo voel ik me betrokken bij de leden en de organisatie.
Contactmomenten voor leden en vrijwilligers zijn sinds begin 2020 niet meer voorgekomen in groepsverband. De ledenvergadering bijvoorbeeld of de bijeenkomsten op de woensdagochtend in sportcafé De Lindenhof, zijn tot nog toe niet meer doorgegaan. Op je vraag of er door mijn bijdrage wel eens mensen bijgekomen zijn als lid of vrijwilliger, moet ik het antwoord schuldig blijven. Ik weet het niet, maar ik promoot De Huiskamer wel. Ik zie mezelf nog wel een poosje doorgaan als vrijwilligster. Het is leuk, zinvol en belangrijk dat het er is, óók voor nieuwe dorpsbewo(o)n(st)ers.
Aan het eind van dit interview bedank ik Birgitta Siebrand. Haar betrokkenheid en haar stimulerende verhaal over het vrijwilligerswerk dat zij met veel plezier doet voor de Huiskamer van Odijk, spreken boekdelen voor mij.
Ik schreef het in ieder geval met veel plezier en vind het een voorrecht Birgitta te hebben ontmoet.
Femy van Dillen
interviewer